Johan de Witt, kleurrijk daltononderwijs

Over ons daltononderwijs

 

 

Onze school is een dalton school.

Het dalton onderwijs is ontwikkeld door de Amerikaanse Helen Parkhurst in het plaatsje Dalton.

Als een olievlek verspreidde het type onderwijs zich over Amerika. Na de Tweede Wereldoorlog deed het onderwijs zijn intrede in Europa. Ook in Nederland.

De vijf kernwaarden van het Daltononderwijs binnen onze school

 

Ons Daltonconcept is gebaseerd op de kernwaarden;

  • samenwerking,
  • zelfstandigheid,
  • vrijheid/ verantwoordelijkheid,
  • effectiviteit en
  • reflectie

 

Deze kernwaarden helpen een omgeving te creëren waarbinnen kinderen zichzelf kunnen ontdekken. De leerkrachten zullen de kinderen uitdagen en begeleiden tijdens de uitvoering van zijn/haar taak.

 

Samenwerking

Een daltonschool is een leefgemeenschap waar leerlingen, leerkrachten, ouders, schoolleiding en bestuur op een natuurlijke en gestructureerde wijze samenleven en werken. Een daltonschool is ook een leeromgeving waar leerlingen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en vaardigheden in samenwerking met anderen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar luisteren en respect te hebben voor elkaar. Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren, zoals het beoordelen van een eigen inbreng en die van een aantal medeleerlingen, het aangaan van de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van een meeropbrengst uit de samenwerking. Het uiteindelijke doel is democratisch burgerschap. Door gebruik te maken van de Een daltonschool is een oefenplek voor democratisering en socialisering dit doen wij samen met het programma: de Vreedzame school.

De Vreedzame School is een compleet programma voor sociale competentie en democratisch burgerschap. Het beschouwt de klas en de school als een leefgemeenschap, waarin kinderen zich gehoord en gezien voelen, een stem krijgen, en waarin kinderen leren om samen beslissingen te nemen en conflicten op te lossen. Kinderen voelen zich verantwoordelijk voor elkaar en voor de gemeenschap, en staan open voor de verschillen tussen mensen.

 

Zelfstandigheid

Binnen het veilige klimaat van onze school bieden wij de leerlingen de kans om zo zelfstandig mogelijk te leren, te denken en te handelen. Door de leerlingen te leren plannen en te leren om taakgericht te werken, worden ze gestimuleerd om oplossingen te zoeken en zelfstandig opdrachten uit te voeren. Hierbij laten we het initiatief zoveel mogelijk bij de leerling liggen en heeft de leerkracht een coachende en begeleidende rol. De kinderen werken aan eigen leerdoelen, deze worden teruggekoppeld aan de kinderen door individuele feedbackgesprekken te voeren. Kinderen leren de doelen in kaart te brengen en bijvoorbeeld bij werkhoudingsdoelen in te schatten in hoeverre ze de doelen al eigen zijn en hoe ze een nieuw doel kunnen bereiken. De Johan de Witt wil de doelen van kinderen, zowel werkhouding als doelen van vakgebieden in de toekomst in kaart brengen in een portfolio. Het Portfolio zal ter vervanging komen van het Rapport zoals deze nu op school gebruikt wordt.

 

Vrijheid/ verantwoordelijkheid

Verantwoordelijkheid draagt in hoge mate bij aan de motivatie van een kind. De kunst daarbij is om als opvoeder en leerkracht goed in te schatten wat een kind aan kan en waarbij het nog hulp nodig heeft. Opvoeders die een kind op jonge leeftijd verantwoordelijkheden geven, zijn vaak blij verrast met de initiatieven die het kind toont en neemt, ook op latere leeftijd. Door juist de leerling de verantwoordelijkheden te geven die het aan kan, bevordert dit de creativiteit van de leerling, om in allerlei omstandigheden de goede oplossingen te bedenken. Leerlingen moeten weten dat ze op school niet alleen verantwoordelijkheid dragen voor hun werk, maar vooral ook voor elkaar. Hierbij hoort dat wij als volwassenen de kinderen serieus nemen en dat kinderen weten wat de grenzen zijn waarbinnen zij zich kunnen bewegen. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de leerlingen hun vrijheid leren gebruiken.

 

Effectiviteit

Onderwijs moet kinderen cultureel en moreel vormen, zodat ze zelfredzaam en sociaal verantwoordelijk worden: geoefend in, gewend aan en voorbereid op leven, werken en samenleven. Als leerlingen een taak krijgen, waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die ze in vrijheid zelf plannen en uitvoeren, het onderwijs is dan veel effectiever. De kinderen leren werken met een weektaak waarbij zij goed kijken naar de instructiemomenten en de tijd die ze hebben om te werken aan eigen leerdoelen.

 

Reflectie

Nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op daltonscholen belangrijk. Het reflectiemoment zorgt voor een groot leereffect en maakt dus een belangrijk onderdeel uit van het daltononderwijs. Het kritisch benaderen van eigen ontwikkelingen en inzichten is op een daltonschool vanzelfsprekend. Zo wordt geleidelijk de vaardigheid in het zelfstandig werken en het samenwerken opgebouwd. In gesprekjes wordt regelmatig de inschattingen vooraf en de feitelijke beoordelingen achteraf met elkaar vergeleken. In zulke gesprekken kan er dan bijvoorbeeld aandacht geschonken worden aan het feit waarom een kind steeds de rekenopgaven in de weektaak vooraf moeilijker inschat dan ze (achteraf) blijken te zijn. Over andere aspecten van het werken in de klas wordt op een soortgelijke wijze gereflecteerd, de leerkracht kan gebruik maken van reflectie kaarten, reflectiebal of andere hulpmiddel als steun om het gesprek op gang te helpen bij leerlingen. Op schoolniveau vindt reflectie over de kwaliteit van het daltononderwijs voortdurend plaats. Dit doen wij door ieder jaar onze doelen te formuleren en tussendoor en aan het einde van de periode deze doelen te evalueren.